Siemens IQ700 EX851FEC1E Manuale del proprietario

Tipo
Manuale del proprietario
nl Gebruiksaanwijzing .........................3
it Istruzioni per l’uso ..........................28
Kookplaat
Piano di cottura
EX8..FE...
2 Ø = cm
,(&
: :

: :

: :
: :
nl
3
Inhoudsopgave
nlGebruiksaanwijzing
8 Gebruik volgens de voorschriften . . . . . . . . . . . 4
( Belangrijke veiligheidsvoorschriften . . . . . . . . . 5
] Oorzaken van schade . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Overzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
7 Milieubescherming. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Tips om energie te besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Milieuvriendelijk afvoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
f Koken met inductie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Voordelen bij koken met inductie. . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Pannen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
* Het apparaat leren kennen . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Het bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
De kookzones . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Restwarmte-indicatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10
1 Apparaat bedienen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Kookplaat in- en uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
De kookzone afstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Kookadvies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
| Flex zone. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Tips voor het gebruik van pannen . . . . . . . . . . . . . . . 13
Als twee onafhankelijke kookplaten . . . . . . . . . . . . . . 13
Als afzonderlijke kookplaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
O Tijdfuncties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Programmering van de bereidingstijd . . . . . . . . . . . . 14
De kookwekker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14
vPowerBoost-functie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Activeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Deactiveren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15
c Braadsensor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Voordelen bij het bakken en braden . . . . . . . . . . . . . 15
Voor het bakken en braden met de braadsensor . . . 15
Temperatuurstanden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Tabel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .16
Zo stelt u in . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .18
A Kinderslot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Het kinderslot activeren en deactiveren . . . . . . . . . . . 18
Automatisch kinderslot. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
k Wrijfbeveiliging. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
b Automatische veiligheidsuitschakeling . . . . . . 19
Q Basisinstellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Zo komt u bij de basisinstellingen: . . . . . . . . . . . . . . .21
[ Weergave van het energieverbruik . . . . . . . . . . 21
t Vormtest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
D Reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Kookplaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
Omlijsting van de kookplaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
{ Veelgestelde vragen en antwoorden (FAQ) . . . 23
3 Wat te doen bij storingen? . . . . . . . . . . . . . . . . 24
4 Servicedienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
E-nummer en FD-nummer. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25
E Testgerechten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Produktinfo
Meer informatie over producten, accessoires,
onderdelen en diensten vindt u op het internet:
www.siemens-home.com en in de online-shop:
www.siemens-eshop.com
nl Gebruik volgens de voorschriften
4
8Gebruik volgens de
voorschriften
Gebruik volgens de voorschriften
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig
door. Berg de gebruiksaanwijzing, het
installatievoorschrift en de apparaatpas goed
op voor later gebruik of om ze door te geven
aan volgende eigenaren.
Controleer het apparaat na het uitpakken.
Indien het apparaat schade heeft opgelopen
tijdens het transport, schakel het dan niet in,
maar neem contact op met de technische
dienst en leg de veroorzaakte schade
schriftelijk vast. Doet u dat niet, dan gaat elk
recht op een schadevergoeding verloren.
Dit apparaat moet worden geïnstalleerd
volgens het meegeleverde
installatievoorschrift.
Dit apparaat is alleen bestemd voor
huishoudelijk gebruik en de huiselijke
omgeving. Gebruik het apparaat uitsluitend
voor het bereiden van gerechten en dranken.
Het kookproces moet regelmatig worden
gecontroleerd. Een kort kookproces moet
continu in de gaten worden gehouden.
Gebruik het apparaat alleen in gesloten
ruimtes.
Dit apparaat is bestemd voor gebruik tot op
hoogten van maximaal 4.000 meter boven
zeeniveau.
Dek de kookplaat niet af. Dit kan leiden tot
ongevallen, bijv. door oververhitting,
ontbranding of ontploffend materiaal.
Gebruik geen ongeschikte
beveiligingsapparaten of tralies voor de
bescherming van kinderen. Dit kan leiden tot
ongevallen.
Dit apparaat is niet bestemd voor gebruik met
een externe tijdschakelklok of een
afstandbediening.
Dit toestel kan worden gebruikt door kinderen
vanaf 8 jaar en door personen met beperkte
fysieke, sensorische of geestelijke vermogens
of personen die gebrek aan kennis of ervaring
hebben, wanneer zij onder toezicht staan van
een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid of geleerd hebben het op een
veilige manier te gebruiken en zich bewust zijn
van de risico's die het gebruik van het toestel
met zich meebrengt.
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
Reiniging en onderhoud van het toestel
mogen niet worden uitgevoerd door kinderen,
tenzij zij 8 jaar of ouder zijn en onder toezicht
staan.
Zorg ervoor dat kinderen die jonger zijn dan 8
jaar uit de buurt blijven van het toestel of de
aansluitkabel.
Het bereidingsproces moet in de gaten
worden gehouden. Bij een korte bereiding
dient u er de hele tijd bij te blijven.
Heeft u een pacemaker of soortgelijk medisch
hulpmiddel geïmplanteerd, dan dient u
speciale voorzorgsmaatregelen in acht nemen
bij het gebruiken of in de buurt komen van
inductiekookplaten als die in werking zijn.
Raadpleeg uw arts of de fabrikant van het
hulpmiddel, om er zeker van te zijn dat het
voldoet aan de geldige regelgeving en
informeer omtrent mogelijke incompatibiliteit.
Belangrijke veiligheidsvoorschriften nl
5
(Belangrijke
veiligheidsvoorschriften
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
:Waarschuwing – Risico van brand!
Hete olie en heet vet vatten snel vlam. Hete
olie en heet vet nooit gebruiken zonder
toezicht. Vuur nooit blussen met water.
Schakel de kookzone uit. Vlammen
voorzichtig met een deksel, smoordeksel of
iets dergelijks verstikken.
Risico van brand!
De kookzones worden erg heet. Nooit
brandbare voorwerpen op de kookplaat
leggen. Geen voorwerpen op de kookplaat
leggen.
Risico van brand!
Het apparaat wordt heet. Nooit brandbare
voorwerpen of spuitbussen bewaren in
laden direct onder de kookplaat.
Risico van brand!
De kookplaat schakelt vanzelf uit en kan
niet meer worden bediend. Hij kan later per
ongeluk worden ingeschakeld. Zekering in
de meterkast uitschakelen. Contact
opnemen met de klantenservice.
:Waarschuwing – Risico van verbranding!
De kookzones en met name een eventueel
aanwezige kookplaatomlijsting worden zeer
heet. Raak de hete oppervlakken nooit aan.
Zorg ervoor dat er geen kinderen in de
buurt zijn.
Risico van verbranding!
De kookzone warmt op, maar de indicatie
functioneert niet Zekering in de meterkast
uitschakelen. Contact opnemen met de
klantenservice.
Risico van verbranding!
Voorwerpen van metaal worden zeer snel
heet op de kookplaat. Leg nooit
voorwerpen van metaal, zoals messen,
vorken, lepels of deksels, op de kookplaat.
Brandgevaar!
Schakel de kookplaat na elk gebruik altijd
uit met de hoofdschakelaar. Wacht niet tot
de kookplaat automatisch uitschakelt
doordat er geen pan op staat.
:Waarschuwing – Kans op een elektrische
schok!
Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.
Reparaties en de vervanging van
beschadigde aansluitleidingen mogen
uitsluitend worden uitgevoerd door technici
die zijn geïnstrueerd door de
klantenservice. Is het apparaat defect, haal
dan de stekker uit het stopcontact of
schakel de zekering in de meterkast uit.
Contact opnemen met de klantenservice.
Kans op een elektrische schok!
Binnendringend vocht kan een schok
veroorzaken. Geen hogedrukreiniger of
stoomreiniger gebruiken.
Kans op een elektrische schok!
Een defect toestel kan een schok
veroorzaken. Een defect toestel nooit
inschakelen. De netstekker uit het
stopcontact halen of de zekering in de
meterkast uitschakelen. Contact opnemen
met de klantenservice.
Kans op een elektrische schok!
Scheuren of barsten in het glaskeramiek
kunnen schokken veroorzaken. Zekering in
de meterkast uitschakelen. Contact
opnemen met de klantenservice.
:Waarschuwing – Gevaar voor
beschadiging!
Deze plaat is uitgerust met een ventilator, die
zich aan de onderzijde bevindt. Indien er zich
onder de kookplaat een lade bevindt, mogen
daar geen kleine of papieren voorwerpen in
worden bewaard. Als deze namelijk worden
geabsorbeerd kunnen ze de ventilator
beschadigen of de koeling verslechteren.
Tussen de inhoud van de lade en de inlaat van
de ventilator moet een afstand van ten minste
2 cm worden aangehouden.
:Waarschuwing – Risico van letsel!
Bij de bereiding au-bain-marie kunnen de
kookplaat en kookvorm barsten door
oververhitting. De au-bain-marie kookvorm
mag niet in direct contact komen met de
bodem van de pan die met water is gevuld.
Gebruik alleen hittebestendige vormen.
Risico van letsel!
Wanneer er vloeistof zit tussen de bodem
van de pan en de kookzone kunnen
kookpannen plotseling in de hoogte
springen. Zorg ervoor dat de kookzone en
de bodem van de pan altijd droog zijn.
nl Oorzaken van schade
6
]Oorzaken van schade
Oorzaken van schade
Attentie!
Ruwe bodems van pannen kunnen krassen op de
kookplaat veroorzaken.
Plaat nooit lege plannen op de kookzones. Dit kan
schade veroorzaken.
Plaats geen hete pannen op het bedieningspaneel,
de indicatorzones of op de omlijsting van de
kookplaat. Dit kan schade veroorzaken.
Als er harde of scherpe voorwerpen op de kookplaat
vallen, kan dit de plaat beschadigen.
Aluminiumfolie en plastic bakken smelten als ze op
een hete kookzone gelegd worden. Het gebruik van
beschermplaten op de kookplaat wordt afgeraden.
Overzicht
In de volgende tabellen ziet u welke schade het meest
voorkomt:
Schade Oorzaak Maatregel
Vlekken Overgelopen etenswaar. Verwijder overgelopen etenswaar onmiddellijk met een schraper.
Ongeschikte reinigingsmiddelen. Gebruik alleen schoonmaakmiddelen die geschikt zijn voor dit soort kook-
platen.
Krassen Zout, suiker en zand. Gebruik de kookplaat niet als plaats om iets neer te zetten of als werkvlak.
Ruwe bodems van vormen geven krassen op de kook-
plaat.
Controleer het kookgerei.
Verkleuringen Ongeschikte reinigingsmiddelen. Gebruik alleen schoonmaakmiddelen die geschikt zijn voor dit soort kook-
platen.
Slijtage van de pannen. Til de pannen op wanneer u ze verplaatst.
Schelpvormige
beschadiging van
het oppervlak
Suiker, sterk suikerhoudende gerechten Verwijder overgelopen etenswaar onmiddellijk met een schraper.
Milieubescherming nl
7
7Milieubescherming
Milieubescherming
In dit hoofdstuk krijgt u informatie over de besparing
van energie en de afvoer van het apparaat.
Tips om energie te besparen
Gebruik altijd het deksel dat overeenstemt met elke
kookpan. Wanneer zonder deksel gekookt wordt, is
aanzienlijk meer energie nodig. Gebruik een
glasdeksel om een goede zichtbaarheid te hebben
zonder dat u het deksel van de pan hoeft te nemen.
Gebruik pannen met een vlakke bodem. Bij een niet
vlakke bodem wordt meer energie verbruikt.
De diameter van de bodem van de pan moet
overeenkomen met de afmeting van de kookzone.
Opgelet: pannenfabrikanten duiden gewoonlijk de
bovenste diameter van de pan aan, die meestal
groter is dan de diameter van de bodem van de pan.
Gebruik een kleine pan voor kleine hoeveelheden.
Een grote, weinig gevulde pan vereist veel energie.
Gebruik weinig water voor het koken. Op deze wijze
wordt energie bespaard en blijven alle vitaminen en
mineralen van de groenten behouden.
Selecteer de laagste vermogensstand die het
kookpunt behoudt. Met een te hoge stand wordt
energie verspild.
Milieuvriendelijk afvoeren
Voer de verpakking op een milieuvriendelijke manier af.
fKoken met inductie
Koken met inductie
Voordelen bij koken met inductie
Koken met inductie is radicaal anders dan gebruikelijk,
de warmte ontstaat direct in het kookgerei. Dit biedt
vele voordelen:
Tijdsbesparing bij het koken en bakken.
Besparing van energie.
Gemakkelijker te reinigen en te onderhouden.
Overgelopen etenswaar brandt niet zo snel in.
Warmteregeling en veiligheid: de kookplaat verhoogt
of verlaagt de toevoer van warmte altijd direct na de
bediening. Neemt u het kookgerei van de kookzone,
dan wordt de warmtetoevoer direct onderbroken
door de kookzone met inductie, zonder dat deze
eerst is uitgeschakeld.
Pannen
Gebruik alleen ferromagnetische vormen voor
inductiekoken, bijv.:
kookgerei van geëmailleerd staal
kookgerei van gietijzer
speciaal kookgerei van roestvrij staal dat geschikt is
voor inductie.
In het hoofdstuk ~ "Vormtest" kunt u lezen of het
kookgerei geschikt is voor inductie.
Voor een goed bereidingsresultaat dient het
ferromagnetische gebied van de bodem van de pan
overeen te komen met de grootte van de kookzone.
Wordt het kookgerei niet herkend op een kookzone,
probeer er dan een met een kleinere diameter.
Wanneer de flexibele kookzone als een afzonderlijke
kookzone wordt gebruikt, kunnen grotere vormen
worden gebruikt die hier speciaal geschikt voor zijn.
Informatie over de plaatsing van het kookgerei vindt u in
het hoofdstuk ~ "Flex zone".
Dit apparaat is gekenmerkt in
overeenstemming met de Europese richtlijn
2012/19/EU betreffende afgedankte
elektrische en elektronische apparatuur (waste
electrical and electronic equipment - WEEE).
De richtlijn geeft het kader aan voor de in de
EU geldige terugneming en verwerking van
oude apparaten.
FP
FP
FP
nl Koken met inductie
8
Er zijn ook inductievormen waarvan de bodem niet
volledig ferromagnetisch is:
Is de bodem van het kookgerei slechts gedeeltelijk
ferromagnetisch, dan wordt alleen het
ferromagnetische oppervlak heet. Hierdoor wordt de
warmte mogelijk niet gelijkmatig verdeeld. De
temperatuur van het niet-ferromagnetische gebied
kan dan te laag zijn om te koken.
Bestaat het materiaal van de bodem van het
kookgerei deels uit aluminium, dan is het
ferromagnetische oppervlak ook kleiner. Mogelijk
worden dit niet warm genoeg of zelfs helemaal niet
herkend.
Niet geschikte pannen
Gebruik nooit straalplaten of pannen van:
dun normaal staal
glas
aardewerk
koper
aluminium
Eigenschappen van de bodem van het kookgerei
Het bereidingsresultaat kan worden beïnvloed door de
kwaliteit van pannenbodem. Gebruik pannen waarvan
het materiaal de warmte gelijkmatig in de pan verdeelt,
bijv. pannen met "sandwich-bodems" van roestvrij staal.
Daarmee wordt tijd en energie bespaard.
Gebruik kookgerei met vlakke bodems. Ongelijke
bodems hebben invloed op de warmtetoevoer.
Geen pan of ongeschikte afmeting
Als er geen pan op de geselecteerde kookzone wordt
geplaatst of als deze niet van het geschikte materiaal is
of geen geschikte afmeting heeft, knippert de
kookstand op de indicator van de kookzone. Plaats een
geschikte pan, zodat het knipperen stopt. Als er meer
dan 90 seconden wordt gewacht gaat de kookzone
automatisch uit.
Lege pannen of pannen met een dunne bodem
Verwarm geen lege pannen en gebruik geen pannen
met dunne bodem. De kookplaat is uitgerust met een
intern veiligheidssysteem, maar een lege pan kan zo
snel heet worden dat de functie “automatisch
uitschakelen" geen tijd heeft om te reageren, waardoor
de temperatuur erg kan oplopen. De bodem van de pan
kan smelten en het glas van de kookplaat beschadigen.
Raak in dat geval de pan niet aan en schakel de
kookzone uit. Als het apparaat na het afkoelen niet
werkt, neem dan contact op met de technische dienst.
Herkenning van de pan
Elke kookzone heeft een ondergrens voor de
herkenning van de pan. Deze is afhankelijk van de
ferromagnetische diameter en het materiaal van de
bodem. Daarom dient u altijd de kookzone te gebruiken
die het beste past bij de diameter van de
pannenbodem.
Het apparaat leren kennen nl
9
*Het apparaat leren kennen
Het apparaat leren kennen
Informatie over afmetingen en vermogens van de
kookzones vindt u in~ Blz. 2
Het bedieningspaneel
Bedieningsvlakken
Raakt u een symbool aan, dan wordt de betreffende
functie geactiveerd.
Aanwijzing: . Zorg ervoor dat het bedieningspaneel
altijd schoon en droog is. Vocht kan een nadelige
invloed hebben op de werking.
De kookzones
Bedieningsvlakken
#
Hoofdschakelaar
Ê
Kookzone kiezen
0 IIIIIIIIIIII Instelgebied
&
PowerBoost-functie
Õ
BraadSensor
˜, , š,
Temperatuurstanden
ü
Flexibele kookzone
#
Bedieningspaneel blokkeren voor reini-
gingsdoeleinden
Kinderslot
0
Timer-functie
Indicaties
Gebruikstoestand
-Š
Kookstanden
‹‹
Timer-functie
/œ
Restwarmte
PowerBoost-functie
BraadSensor
p
Temperatuur braadSensor
˜, , š,
Temperatuurstanden
ø
Flexibele kookzone
x
Programmering van de bereidingstijd
V
Kookwekker
ö
Tijdsweergave
÷
Energieverbruik
Kookzones
$ / Û
Eenvoudige kookzone Gebruik kookgerei dat de juiste afmetingen heeft.
á
Flexibele kookzone Zie paragraaf ~ "Flex zone"
Alleen kookgerei gebruiken dat geschikt is voor inductiekoken, zie de paragraaf ~ "Koken met inductie"
nl Apparaat bedienen
10
Restwarmte-indicatie
De kookplaat heeft voor elke kookzone een restwarmte-
indicatie. Hiermee wordt aangegeven dat een kookzone
nog heet is. Raak de kookzone niet aan zolang de
restwarmte-indicatie verlicht is.
Afhankelijk van de hoogte van de restwarmte wordt het
volgende weergegeven:
Indicatie: hoge temperatuur
Indicatie œ: lage temperatuur
Wanneer u de pan tijdens het koken van de kookzone
neemt, knipperen afwisselen de restwarmte-indicatie en
de gekozen kookstand.
Is de kookzone uitgschakeld, dan is restwarmte-
indicatie verlicht. Ook wanneer de kookplaat al
uitgeschakeld is, blijft de restwarmte-indicatie verlicht
zolang de kookzone nog warm is.
1Apparaat bedienen
Apparaat bedienen
In dit hoofdstuk kunt u lezen hoe u een kookzone
instelt. In de tabel vindt u kookstanden en
bereidingstijden voor verschillende gerechten.
Kookplaat in- en uitschakelen
U schakelt de kookplaat met de hoofdschakelaar in en
uit.
Inschakelen: raak het symbool # aan. Er klinkt een
signaal. De indicaties van de hoofdschakelaar en de
kookzone-indicaties zijn verlicht.De kookplaat is
bedrijfsklaar.
Uitschakelen: het symbool # aanraken tot de indicatie
verdwijnt. Alle kookzones zijn uitgeschakeld. De
restwarmte-indicatie blijft verlicht tot de kookzones
voldoende zijn afgekoeld.
Aanwijzingen
De kookplaat gaat automatisch uit wanneer alle
kookzones langer dan 20 seconden uitgeschakeld
zijn.
De gekozen instellingen blijven gedurende de eerste
4 seconden na uitschakeling van de kookplaat
bewaard. Wanneer u in deze tijd de kookplaat
opnieuw inschakelt, treedt deze in werking met de
vorige instellingen.
De kookzone afstellen
Regel de gewenste vermogensstand in de
programmeerzone.
Vermogensstand 1 = minimumvermogen.
Vermogensstand 9 = maximumvermogen.
Elke vermogensstand is voorzien van een
tussenliggende afstelling. Deze wordt aangegeven met
een punt.
Kookzone en kookstand kiezen
De kookplaat moet ingeschakeld zijn.
1. Raak het symbool Ê van de gewenste kookzone
aan. Op het display is ¬ verlicht.
2. Kies vervolgens in het instelgebied de gewenste
kookstand.
De kookstand is ingesteld.
 
Apparaat bedienen nl
11
De vermogensstand wijzigen
Selecteer de kookzone en regel de gewenste
vermogensstand in de programmeerzone.
De kookzone uitschakelen
Selecteer de kookzone en stel af op
in de
programmeerzone. De kookzone wordt uitgeschakeld
en de restwarmte-indicator verschijnt.
Aanwijzingen
Als er geen pan op de inductiekookzone wordt
geplaatst, gaat de geselecteerde vermogensstand
knipperen. Na een tijdje wordt de kookzone
uitgeschakeld.
Als er een pan op de kookzone staat voordat de
plaat wordt ingeschakeld, zal deze worden
gedetecteerd binnen 20 seconden na het indrukken
van de hoofdschakelaar en zal de kookzone
automatisch worden geselecteerd. Selecteer, zodra
deze is gedetecteerd, de vermogensstand binnen
20 seconden, anders wordt de kookzone
uitgeschakeld.
Ook al worden er meerdere pannen geplaatst, bij het
inschakelen van de kookplaat wordt er maar één
gedetecteerd.
Kookadvies
Advies
Bij het warm maken van puree, crèmesoepen en
dikvloeibare sauzen regelmatig roeren.
Voor het voorverwarmen kookstand 8 - 9 instellen.
Bij de bereiding met deksel de kookstand
terugschakelen, zodra er tussen deksel en
kookgerei stoom vrijkomt. Voor een goed
bereidingsresultaat is geen stoom nodig.
Na de bereiding het kookgerei tot het opdienen
gesloten houden.
Voor het koken met de snelkookpan de
aanwijzingen van de fabrikant in acht nemen.
De gerechten niet te lang laten koken of bakken, om
de voedingswaarde te behouden. Met de
kookwekker kan de optimale bereidingstijd worden
ingesteld.
Voor een gezonder bereidingsresultaat dient
rokende olie te worden voorkomen.
Voor een bruine kleur van de gerechten deze na
elkaar klaarmaken in kleine porties.
Kookgerei kan tijdens de bereiding hoge
temperaturen bereiken. Het gebruik van
pannenlappen is aan te bevelen.
Adviezen voor energie-efficiënt koken vindt u in het
hoofdstuk ~ "Milieubescherming"
Bereidingstabel
In de tabel wordt voor alle gerechten weergegeven
welke kookstand geschikt is. De bereidingstijd kan
afhankelijk van de soort, het gewicht, de dikte en de
kwaliteit van de gerechten variëren.
Kookstand Bereidingstijd
(min.)
Smelten
Chocolade, couverture 1 - 1. -
Boter, honing, gelatine 1 - 2 -
Opwarmen en warmhouden
Eenpansgerecht, bijv. linzenschotel 1. - 2 -
Melk* 1. - 2. -
Worstjes in water verwarmen* 3 - 4 -
Ontdooien en opwarmen
Spinazie, diepvries 3 - 4 15 - 25
Goulash, diepvries 3 - 4 35 - 55
Gaarstoven, zachtjes laten koken
Aardappelballetjes* 4. - 5. 20 - 30
Vis* 4 - 5 10 - 15
Witte sauzen, bijv. bechamelsaus 1 - 2 3 - 6
Geklopte sauzen, bijv. bearnaisesaus, hollandaisesaus 3 - 4 8 - 12
* Zonder deksel
** Herhaaldelijk keren
***Voorverwarmen op kookstand 8 - 8.
nl Apparaat bedienen
12
Koken, stomen, stoven
Rijst (met dubbele hoeveelheid water) 2. - 3. 15 - 30
Rijstepap*** 2 - 3 30 - 40
Aardappels in de schil 4. - 5. 25 - 35
Gekookte aardappels 4. - 5. 15 - 30
Deegwaren, pasta* 6 - 7 6 - 10
Eenpansgerecht 3. - 4. 120 - 180
Soepen 3. - 4. 15 - 60
Groente 2. - 3. 10 - 20
Groente, diepvries 3. - 4. 7 - 20
Garen in de snelkookpan 4. - 5. -
Stoven
Rollades 4 - 5 50 - 65
Stoofvlees 4 - 5 60 - 100
Goulash*** 3 - 4 50 - 60
Stoven / braden met weinig olie*
Schnitzel, on/gepaneerd 6 - 7 6 - 10
Schnitzel, diepvries 6 - 7 8 - 12
Kotelet, on/gepaneerd** 6 - 7 8 - 12
Steak (3 cm dik) 7 - 8 8 - 12
Borst van gevogelte (2 cm dik)** 5 - 6 10 - 20
Borst van gevogelte, diepvries*** 5 - 6 10 - 30
Gehaktballen (3 cm dik)** 4. - 5. 20 - 30
Hamburger (2 cm dik)** 6 - 7 10 - 20
Vis en visfilet, ongepaneerd 5 - 6 8 - 20
Vis en visfilet, gepaneerd 6 - 7 8 - 20
Vis en visfilet, gepaneerd en diepvries, bijv. vissticks 6 - 7 8 - 15
Scampi, garnalen 7 - 8 4 - 10
Sauteren van groente en paddenstoelen, vers 7 - 8 10 - 20
Pangerechten, groente, vlees in reepjes op Aziatische wijze 7 - 8 15 - 20
Diepvriesgerechtem, bijv. pangerechten 6 - 7 6 - 10
Pannenkoeken (na elkaar gaar bakken) 6. - 7. -
Omelet (na elkaar bakken) 3. - 4. 3 - 6
Spiegelei 5 - 6 3 - 6
Frituren* (150-200 g per portie in 1-2 l olie, per portie frituren)
Diepvriesproducten, bijv. frites, chicken nuggets 8 - 9 -
Kroketten, diepvries 7 - 8 -
Vlees, bijv. stukken kip 6 - 7 -
Vis, gepaneerd of in bierdeeg 6 - 7 -
Groente, paddenstoelen gepaneerd of in bierdeeg, tempura 6 - 7 -
Klein gebak, bijv. beignets, Berliner bollen, fruit in bierdeeg 4 - 5 -
Kookstand Bereidingstijd
(min.)
* Zonder deksel
** Herhaaldelijk keren
***Voorverwarmen op kookstand 8 - 8.
Flex zone nl
13
|Flex zone
Flex zone
Hij kan naar wens als één kookzone of als twee
afzonderlijke kookzones worden gebruikt.
Hij bestaat uit vier inductoren, die onafhankelijk van
elkaar functioneren. Is de flexibele kookzone in gebruik,
dan wordt alleen het gebied geactiveerd dat door het
kookgerei wordt bedekt.
Tips voor het gebruik van pannen
Om te zorgen voor een goede detectie en verdeling van
de warmte, wordt aanbevolen de pan correct te
centreren:
Als twee onafhankelijke kookplaten
De flexibele kookzone wordt gebruikt als twee
onafhankelijke kookplaten.
Activeren
Zie het hoofdstuk ~ "Apparaat bedienen"
Als afzonderlijke kookplaat
Gebruik van de gehele kookzone door beide
kookplaten met elkaar te verbinden.
De beide kookzones verbinden
1. Vorm plaatsen. Een van de twee kookzones kiezen
die bij de flexibele kookzone horen en de kookstand
instellen.
2. Raak het symbool ü aan. De indicatie is verlicht.
De kookstand verschijnt in de indicatie van de
onderste kookzone.
De flexibele kookzone is geactiveerd.
Kookstand wijzigen
Een van de twee kookzones kiezen die bij de flexibele
kookzone horen en de kookstand in het instelgebied
veranderen.
Een nieuwe vorm toevoegen
Plaats de nieuwe vorm en kies de kookzone van de
flexibele kookzone en raak vervolgens twee keer het
symbool ü aan. De nieuwe kookvorm wordt herkend en
de eerder gekozen kookstand blijft behouden.
Aanwijzing: Wordt de vorm op de kookzone verplaatst
of opgetild, dan start de kookplaat automatisch met
zoeken, waardoor de eerder gekozen kookstand
behouden blijft.
Beide kookzones scheiden
Kies een van beide kookzones van de flexibele
kookzone uit en raak het symbool ü aan.
De flexibele kookzone is gedeactiveerd. De beide
kookzones functioneren verder als twee onafhankelijke
kookzones.
Aanwijzing: Wanneer u de kookplaat uit- en later weer
inschakelt, wordt de flexibele kookzone weer
omgeschakeld naar twee onafhankelijke kookplaten.
Als afzonderlijke kookzone
Diameter kleiner dan of gelijk aan 13 cm
Plaats de vorm in een van de vier posities
die op de afbeelding te zien zijn.
Diameter groter dan 13 cm
Plaats de vorm in een van de drie posities
die op de afbeelding te zien zijn.
Is er meer dan één kookzone nodig voor het
kookgerei, plaats het dan met de rand op
de bovenste of onderste rand van de flexi-
bele kookzone.
Als twee onafhankelijke kookplaten
De voorste en achterste kookzones, elk met twee
inductoren, kunnen onafhankelijk van elkaar wor-
den gebruikt. Stel voor elke afzonderlijke kook-
zone de gewenste kookstand in. Gebruik op elke
kookzone slechts één pan.
nl Tijdfuncties
14
OTijdfuncties
Tijdfuncties
Uw kookplaat beschikt over twee timer-functies:
Programmering van de bereidingstijd
Kookwekker
Programmering van de bereidingstijd
De kookzone schakelt na afloop van de ingestelde tijd
automatisch uit.
Zo stelt u in:
1. De kookzone en de gewenste kookstand kiezen.
2. Raak het symbool 0 aan. In de indicatie van de
kookzone is x verlicht.In de timer-indicatie is ‹‹
verlicht.
3. Binnen de volgende 10 seconden in het instelgebied
de gewenste bereidingstijd instellen. De mogelijke
voorinstelling is van links naar rechts 1, 2, 3..... tot
9 minuten.
Na enkele seconden begint de tijd af te lopen.
Aanwijzingen
Voor alle kookzones kan automatisch dezelfde
bereidingstijd worden ingesteld. De ingestelde tijd
loopt voor elk van beide kookzones onafhankelijk af.
In de paragraaf ~ "Basisinstellingen" vindt u
informatie over de manier waarop de bereidingstijd
automatisch kan worden geprogrammeerd.
Wordt de flexibele kookzone als enige kookzone
gekozen, dan is de ingestelde tijd voor de hele
kookzone hetzelfde.
BraadSensor
Wordt er een bereidingstijd geprogrammeerd voor een
kookzone en is de braadSensor geactiveerd, dan
begint de bereidingstijd pas af te lopen wanneer de
gekozen temperatuurstand bereikt is.
Automatische programmering
Indien in de programmeerzone de voorafgaande
instelling van 1 tot 5 ingedrukt wordt, dan wordt de
kooktijd met een minuut verkort.
Indien in de programmeerzone de voorafgaande
instelling van 6 tot 10, ingedrukt wordt, dan wordt de
kooktijd met een minuut verlengd.
De tijd wijzigen of annuleren
Selecteer de kookzone en druk vervolgens op het
symbool 0.
Wijzig de kooktijd in de programmeerzone of stel af
op ‹‹ om de tijd te annuleren.
Na het verstrijken van de tijd
De kookzone wordt uitgeschakeld. Er klinkt een
waarschuwingssignaal. Op de visuele indicator van de
timerfunctie licht ‹‹ 10 seconden lang op.
Als op het symbool 0 wordt gedrukt, gaan de
indicators uit en stopt het akoestische signaal.
Aanwijzingen
Is er een bereidingstijd voor meerdere kookzones
geprogrammeerd, dan verschijnt altijd de
tijdsopgave van de gekozen kookzone in de timer-
indicatie.
U kunt tot een bereidingstijd tot 99 minuten instellen.
De kookwekker
Met de kookwekker kunt u een tijd tot 99 minuten
instellen.
Hij functioneert onafhankelijk van de kookzones en
andere instellingen. Deze functie schakelt een
kookzone niet automatisch uit.
Zo wordt dit geprogrammeerd
1. Druk meerdere keren op het symbool 0 tot de
indicator W gaat branden. Op de visuele indicator
van de timerfunctie verschijnt ‹‹.
2. Selecteer in de programmeerzone de gewenste tijd.
Na enkele seconden begint tijd te verstrijken.
De tijd wijzigen of annuleren
Druk meerdere keren op het symbool 0 tot de
indicator W oplicht. Wijzig de tijd in de
programmeerzone of stel af op ‹‹.
Na het verstrijken van de tijd
Er klinkt een waarschuwingssignaal. Op de visuele
indicator van de timerfunctie verschijnt ‹‹ en de
indicator W gaat branden. Na 10 seconden gaan de
indicators uit.
Als op het symbool 0 wordt gedrukt, gaan de
indicators uit en stopt het akoestische signaal.
 
PowerBoost-functie nl
15
vPowerBoost-functie
PowerBoost-functie
Met de PowerBoost-functie kunnen grote hoeveelheden
water sneller worden verwarmd dan met de betreffende
kookstand Š.
Deze functie kan alleen worden geactiveerd voor een
kookzone wanneer de andere kookzone van dezelfde
groep niet in gebruik is (zie Afb.). Anders knipperen
en
Š in de indicatie van de gekozen kookzone;
vervolgens wordt automatisch de kookstand Š
ingesteld zonder de functie te activeren.
Aanwijzing: In het flex-gebied kan de powerboost-
functie ook worden geactiveerd wanneer er slechts één
kookzone wordt gebruikt.
Activeren
1. Een kookzone kiezen.
2. Symbool & aanraken.
Op het display is verlicht.
De functie is geactiveerd.
Deactiveren
1. De kookzone kiezen.
2. Symbool & aanraken.
De indicatie verdwijnt en de kookzone schakelt
terug naar de kookstand Š.
De functie is gedeactiveerd.
Aanwijzing: Onder bepaalde omstandigheden kan het
voorkomen dat de PowerBoost-functie automatisch
uitgaat, ter bescherming van de elektronische
componenten binnenin de kookplaat.
cBraadsensor
Braadsensor
Met deze functie is het mogelijk te bakken met behoud
van de geschikte pantemperatuur.
Deze kookzones zijn voorzien van het symbool van de
bakfunctie.
Voordelen bij het bakken en braden
De kookzone warmt alleen op wanneer dit nodig is
om de temperatuur te handhaven. Zo wordt energie
bespaard en de olie of het vet niet oververhit.
De braadfunctie meldt wanneer de lege pan de
optimale temperatuur voor toevoeging van de olie en
vervolgens het toevoegen van de gerechten heeft
bereikt.
Aanwijzingen
Geen deksel op de pan leggen. Anders wordt de
functie niet juist geactiveerd. Er kan een
spatbescherming worden gebruikt, om vetspetters te
voorkomen.
Gebruik olie of vet die geschikt zijn om te bakken en
te braden. Worden boter, margarine, pure olijfolie
extra of reuzel gebruikt, stel dan temperatuurstand
˜ in.
Nooit een pan met of zonder inhoud verwarmen
zonder dat er toezicht bij is.
Heeft de kookzone een hogere temperatuur dan de
pan of omgekeerd, dan wordt de braadsensor niet
op de juiste manier geactiveerd.
Voor het bakken en braden met de
braadsensor
Pannen die optimaal geschikt zijn voor de braadsensor
kunnen in de vakhandel of via onze technische
servicedienst worden aangeschaft. Geef steeds het
juiste referentienummer op:
HZ390210 pan met een diameter van 15 cm.
HZ390220 pan met een diameter van 19 cm.
HZ390230 pan met een diameter van 21 cm.
HZ390250 pan met een diameter van 28 cm. Alleen
aanbevolen voor de kookzone met één ring, met een
diameter van 28 cm.
De pannen zijn voorzien van een antiaanbaklaag, zodat
er voor het bakken en braden niet veel olie nodig is.
Aanwijzingen
De braadsensor is speciaal ingesteld op pannen van
dit type.
Zorg ervoor dat de diameter van de pannenbodem
overeenkomt met de grootte van de kookzone. Zet
de pan in het midden van de kookzone.
Wanneer de grootte van de pannen afwijkend is of
wanneer ze slecht geplaatst zijn, wordt de
braadsensor op de flexibele kookzone mogelijk niet
geactiveerd. Zie het hoofdstuk ~ "Flex zone".
Andere pannen kunnen oververhit raken. De
temperatuur kan lager of hoger zijn dan de gekozen
temperatuurstand. Probeer het eerst met de laagste
temperatuurstand en verander deze zo nodig.
nl Braadsensor
16
Temperatuurstanden
Tabel
In de tabel wordt voor alle gerechten weergegeven
welke temperatuurstand geschikt is. De baktijd kan
afhankelijk van de soort, het gewicht, de grootte en
kwaliteit van de gerechten variëren.
De ingestelde temperatuurstand varieert afhankelijk van
de gebruikte pan.
Lege pan voorverwarmen, na het geluidssignaal de olie
en het gerecht toevoegen.
Temperatuurstand Geschikt voor
min. laag Het bereiden van gerechten met pure olijfolie extra, boter of margarine, bijv. omeletten.
low gemiddeld -
laag
Bakken van vis en gerechten als gehaktballetjes en worstjes.
med gemiddeld -
hoog
Bakken van steaks, medium of doorbakken, diepvries-, gepaneerde en fijne gerechten, bijv. schnitzels, ragout en
groente.
max. hoog Het bakken van gerechten bij hoge temperaturen, bijv. steaks, saignant, aardappelkoekjes en gebakken aardappels.
Tempera-
tuurstand
Totale bereidingstijd vanaf het
geluidssignaal (min.)
Vlees
Schnitzel, on/gepaneerd med 6 - 10
Filet med 6 - 10
Koteletten* low 10 - 15
Cordon bleu, Wiener Schnitzel* med 10 - 15
Steak, saignant (3 cm dik) max 6 - 8
Steak, medium of doorbakken (3 cm dik) med 8 - 12
Borst van gevogelte (2 cm dik) low 10 - 20
Worstjes, gekookt of rauw* low 8 - 20
Hamburgers, gehaktballetjes, gevulde vleesballetjes* low 6 - 30
Leverkaas min 6 - 9
Ragout, Gyros med 7 - 12
Gehakt med 6 - 10
Spek min 5 - 8
Vis
Vis, gebakken, heel, bijv. forel low 10 - 20
Visfilet, on/gepaneerd low - med 10 - 20
Garnalen, krabben med 4 - 8
Eiergerechten
Pannenkoeken** max -
Omelet** min 3 - 6
Spiegelei min - med 2 - 6
Roerei min 4 - 9
Kaiserschwarrn (Zuid-Duitse pannenkoeken) low 10 - 15
French toast** low 4 - 8
* Regelmatig keren.
** Totale tijdsduur per portie. Na elkaar bakken.
Braadsensor nl
17
Aardappels
Gebakken aardappels (van gekookte aardappels) max 6 - 12
Frites (van ongekookte aardappels) med 15 - 25
Aardappelkoekjes** max 2,5 - 3,5
Geglaceerde aardappels low 15 - 20
Groente
Knoflook, uien min 2 - 10
Courgettes, aubergines low 4 - 12
Paprika, groene asperges low 4 - 15
Paddestoelen med 10 - 15
Geglaceerde groente low 6 - 10
Diepvriesproducten
Schnitzels med 15 - 20
Cordon bleu* med 10 - 30
Borst van gevogelte* med 10 - 30
Kip-nuggets med 10 - 15
Gyros, kebab low 5 - 10
Visfilet, on/gepaneerd low 10 - 20
Vissticks med 8 - 12
Frites max 4 - 6
Pangerechten, bijv. groentepannetje met kip low 6 - 10
Loempia's med 10 - 30
Camembert/Kaas low 10 - 15
Diversen
Camembert/Kaas low 7 - 10
Voorgegaarde, droge producten met toevoeging van water, bijv. pasta. min 5 - 10
Croutons low 6 - 10
Amandelen/walnoten/pijnboompitten med 3 - 15
Tempera-
tuurstand
Totale bereidingstijd vanaf het
geluidssignaal (min.)
* Regelmatig keren.
** Totale tijdsduur per portie. Na elkaar bakken.
nl Kinderslot
18
Zo stelt u in
Kies de juiste temperatuurstand in de tabel. Zet de lege
pan op de kookzone.
1. Kies de kookzone. Raak het symbool Õ aan.Op
het display is verlicht.
2. In de volgende 10 seconden in het instelgebied de
gewenste temperatuurstand kiezen.
De functie is geactiveerd.
Het temperatuursymbool p is zolang verlicht tot de
braadtemperatuur bereikt is. Er klinkt dan een
signaal en het temperatuursymbool verdwijnt.
Aanwijzingen
U dient de gerechten te keren, zodat ze niet
aanbranden.
De temperatuurindicatie p en de temperatuurstand
worden alleen getoond wanneer de kookzone
gekozen is.
BraadSensor uitschakelen
De kookzone kiezen en het symbool Õ aanraken. De
functie is gedeactiveerd.
AKinderslot
Kinderslot
Met het kinderslot kunt u voorkomen dat kinderen de
kookplaat inschakelen.
Het kinderslot activeren en deactiveren
De kookplaat moet uitgeschakeld zijn.
Activeren: houd het symbool gedurende circa 4
seconden ingedrukt. De indicator naast het
symbool gaat branden gedurende 10 seconden. De
kookplaat is geblokkeerd.
Deactiveren: houd het symbool gedurende circa
4 seconden ingedrukt. De blokkering is gedeactiveerd.
Automatisch kinderslot
Met deze functie wordt het kinderslot altijd automatisch
ingeschakeld als de kookplaat wordt uitgeschakeld.
In- en uitschakelen
In het hoofdstuk ~ "Basisinstellingen" kunt u lezen hoe
u het automatische kinderslot inschakelt.
Wrijfbeveiliging nl
19
kWrijfbeveiliging
Wrijfbeveiliging
Wanneer u over het bedieningspaneel wrijft als de
kookplaat ingeschakeld is, kunnen er instellingen
veranderen. Om dit te voorkomen kan het
bedieningspaneel voor reinigingsdoeleinden worden
geblokkeerd.
Activeren: het symbool Ñ aanraken. Er klinkt een
signaal. Het bedieningspaneel is 35 seconden lang
geblokkeerd. U kunt over het oppervlak van het
bedieningspaneel wrijven zonder de instellingen te
veranderen.
Deactiveren: Na 35 seconden wordt het
bedieningspaneel gedeblokkeerd. Om de functie
voortijdig op te heffen het symbool Ñ aanraken.
Aanwijzingen
30 seconden na activering klinkt een signaal.
Hiermee wordt aangegeven dat de functie spoedig
beëindigd is.
De reinigingsblokkering heeft geen invloed op de
hoofdschakelaar. De kookplaat kan op elk moment
worden uitgeschakeld.
bAutomatische
veiligheidsuitschakeling
Automatische veiligheidsuitschakeling
Wanneer een kookzone langere tijd in gebruik is en er
geen instellingen gewijzigd zijn, wordt de automatische
veiligheidsuitschakeling geactiveerd.
De kookzone warmt niet meer op. In de kookzone-
indicatie van de kookzone knipperen afwisselend ,
en de restwarmte-indicatie œ of .
Wordt een willekeurig symbool aangeraakt, dan
schakelt de indicatie uit. De kookzone kan nu opnieuw
worden ingesteld.
Het tijdstip van de automatische
veiligheidsuitschakeling is afhankelijk van de ingestelde
kookstand (na 1 tot 10 uur). .
nl Basisinstellingen
20
QBasisinstellingen
Basisinstellingen
Het apparaat heeft verschillende basisinstellingen. U
kunt deze instellingen aanpassen aan uw gewoonten.
Indicatie Functie
™‚
Automatisch kinderslot
Handmatig*.
Automatisch.
ƒ Functie gedeactiveerd.
™ƒ
Geluidssignalen
Bevestigingssignaal en het signaal Verkeerde bediening zijn uitgeschakeld.
Signaal Verkeerde bediening is ingeschakeld.
ƒ Bevestigingssignaal is ingeschakeld.
Alle geluidssignalen zijn ingeschakeld.*
™„
Energieverbruik weergeven
Uit.*
Aan.
™†
Automatische programmering van de bereidingstijd
‹‹ Uit.*
‹‚-ŠŠ Automatische nalooptijd.
™‡
Duur van het timer-einde-geluidssignaal
10 seconden.*
ƒ 30 seconden.
1 minuut.
™ˆ
Power-Management-functie. Het totale vermogen van de kookplaat begrenzen
Uit.*
1000 W. Minimaal vermogen.
. 1500 W.
ƒ 2000 W.
...
Š of Š. het hoogste vermogen van de kookplaat.
™Š
Keuzetijd van de kookzone
Onbegrensd: De laatste ingestelde kookzone blijft geselecteerd.*
Begrensd: De kookzone blijft slechts enkele seconden lang geselecteerd.
™‚ƒ
Kookgerei, resultaat van het bereidingsproces controleren
Niet geschikt
Niet optimaal
ƒ Geschikt
™‹
Terugzetten naar de fabrieksinstellingen
Individuele instellingen.*
Terugzetten naar de fabrieksinstellingen.
* Fabrieksinstellingen
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56

Siemens IQ700 EX851FEC1E Manuale del proprietario

Tipo
Manuale del proprietario