8
5. Alarmen
Wanneer de temp. ≥ 85 ℃ is, zal de regelaar naar de eerste
beveiligingsfase gaan: het PV-invoervermogen zal verlaagd
worden om de temperatuur te verminderen. Er is geen alarm
op het LCD-beeld.
Wanneer de temp. >90 ℃ is, zal de regelaar naar de tweede
beveiligingsfase gaan: het PV-invoervermogen zal verminderd
worden naar nul, de laaduitgang zal uitgeschakeld worden en
een alarmpictogram voor hoge temperatuur zal getoond
worden op de LCD.
Nadat de temperatuur verminderd is naar minder dan 82 ℃,
zal de regelaar de normale werking hervatten.
Wanneer de accu ontladen wordt naar minder dan de Low
Voltage Disconnect (LVD)-spanning zal de regelaar de
laaduitgang uitschakelen. Na overstroom wordt de
laaduitgang opnieuw ingeschakeld wanneer de accuspanning
het LVR-niveau (Low Voltage Reconnect) bereikt.
Een overstroom van de laaduitgang of kortsluiting wordt
aangegeven door een knipperend laadpictogram. De regelaar
zal de laaduitgang uitschakelen en trachten na 30 seconden
opnieuw in te schakelen.
Uitschakelen na 60 s bij 110 % -130 % lading.
Uitschakelen na 5 s bij 130 % tot 160 % lading.
Kortsluitingsbeveiliging
Bij kortsluiting zal de regelaar de laaduitgang uitschakelen en
30 s wachten en dan trachten te herstarten.
USB-spanning hoog.
Ontkoppel de USB-lading. Wanneer het alarm blijft duren, is
de USB-uitgang defect.
Bedradingsfout of kortsluiting in de laadregelaar
• Bedradingsfout: de minus van het zonne-
energiepaneel is verbonden met de minus van de
accu.
• Intern defect.